Keverdijk 5 Naarden

Jachet Melcer
Chrzanow 2 oktober 1893 – Sobibor 11 juni 1943

 

Jachet Melcer werd op 2 oktober 1893 geboren in Chrzanow, een dorp ten zuiden van Wroclav in Polen. Wanneer Jachet Polen heeft verlaten is niet duidelijk. Wel staat vast dat zij na een periode in Antwerpen zich op 29 december 1938 op de Keverdijk 5 in Naarden vestigde als ongehuwde vrouw zonder kinderen. Haar beroep was naaister, een van haar specialismen was bont. Toen Jachet op de Keverdijk kwam wonen was haar moeder Mira Melcer overleden, over haar vader zijn geen gegevens bekend.

Jachet had twee jongere broers, Bernard en Marcus, allebei kleermaker. Marcus woonde met Reina Beesemer op de Van Tuyll van Serooskerkenweg 13 in Amsterdam. Op 18 oktober 1928 kregen zij een dochter genaamd Mirl Melcer. Bernard woonde met zijn vrouw Cypora Stempel op de Van Tuyll van Serooskerkenweg 28. Op 16 januari 1934 kregen zij een dochter die Mirel Melcer heette.

De gruweldaden van de nazi’s zijn onbevattelijk. Het onbevattelijke begint met schijnbaar kleine maatregelen. In januari 1941 verplichtte rijkscommissaris Seyss-Inquart dat alle joden in Nederland zich moesten laten registreren. Ook in Naarden was er een ‘Cahier Aanmelding Israëlieten’. De aanmelding kostte elke persoon 1 gulden, of iemand betaald had werd netjes afgevinkt.

De burgermeester van Naarden schrijft op 3 april 1941 aan de Commissaris van de provincie Noord-Holland: “ik heb […] de eer U mede te delen, dat ingevolge het bepaalde bij verordening no.6/1941 van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandse gebied zich in deze gemeente hebben aangemeld: 189 mannen, 199 vrouwen, 67 jongens, 85 meisjes…”

Op drie mei 1942 werden joden verplicht een jodenster te dragen. De Joodse Raad zorgde voor de distributie, kosten per ster vier cent. De gevoelens van onveiligheid waren groot in de joodse gemeenschap van Naarden en Bussum. Er gingen geruchten over deportatie naar Amsterdam. Nederlandse ambtenaren in Duitse dienst maakten in mei en juni 1942 inventarisaties van inboedels van joodse woningen. Fietsen, juwelen en radio’s moesten worden ingeleverd. Kapotte fietsen werden gerepareerd op kosten van de voormalige eigenaar.

In de week van 29 juni tot 3 juli 1942 werden uit Naarden in totaal 193 joden geëvacueerd. Jachet Melcer, de joodse bontnaaister van de Keverdijk, was op 22 mei 1942 al aan de beurt. Die dag stond ze klaar voor haar huis om aan de dienstdoende agent de sleutels van haar woning te overhandigen.

In zijn rapport schrijft de agent: “ Ik, ondergetekende D. Brouwer, heb op heden 22 mei 1942 controle gehouden in verband met de van hier te evacueren nader te noemen personen. Plaats: Naarden. Straat: Keverdijk 5. Namen van de te evacueren personen: Melcer Jachet.” Haar woning werd afgesloten en verzegeld. Geen bijzondere opmerkingen nodig, meende de agent, want de te evacueren persoon “is met toestemming verhuisd naar Amsterdam, Sarpathistraat 203”. Het rapport eindigde met: “Aldus naar waarheid opgemaakt te Naarden, den 22ste mei, 1942, D. Brouwer.”

Jachet Melcer werd op 11 juni 1943 vermoord in Sobibor. Schoonzus Cypora en nicht Mirel Melcer werden op 9 juli 1943 vermoord in Sobibor. Broer Bernard kwam in kamp Neuengamme terecht, hij overleefde de oorlog. Broer Marcus stierf op 25 mei 1945 in Bergen-Belsen, drie weken na de bevrijding van het kamp. Schoonzus Reina Beesemer overleefde de oorlog door onder te duiken. Nicht Mirl Melcer verrichtte in kamp Vught dwangarbeid, werd in 1943 gedeporteerd naar Auschwitz en overleefde de oorlog.

De onderzoeker van de stichting heeft geen foto’s van Jachet Melcer kunnen vinden. Wel zijn er opsporingsverzoeken met foto aangetroffen in de archieven van haar vermiste nicht en schoonzus; zie foto.

Op de foto onder zie je rechts Mirel Melcer; foto afkomstig uit Oorlogbronnen; locatie foto: Van Tuyl van Serooskerkenweg,
Amsterdam.

Bronnen: Archief Gooise Meren, Arolsen Archiv, Oorlogsbronnen, Joods Monument, Yad Vashem, Oorlogsgraven Stichting, NIOD, Stadsarchief Amsterdam