Alberdingk Thijmlaan 2 Bussum

Doortje Furth-van Vriesland
Amsterdam 24 mei 1868 – Sobibor 30 april 1943

Op 5 juni 1890 trouwt de diamantslijper Barend Furth in Amsterdam met Doortje van Vriesland. Het huwelijk is dezelfde dag in de Nederlands Israëlietische hoofdsynagoge in de hoofdstad ingezegend.
Het huwelijk wordt groots gevierd met een diner en muziek en bal na afloop.
In 1905 wordt een dochter geboren, die de naam Lena krijgt. Het gezin woont dan in de Hemonystraat in Amsterdam. Op 21 januari 1922 overlijdt Barend Furth in Amsterdam. Doortje verhuist in september 1929 naar Amstelkade 93, later trekt ze in bij haar dochter en schoonzoon die als laatste adres in Amsterdam van Breestraat 126 hebben. Met hen is ze in oktober 1940 in de Alberdingk Thijmlaan in Bussum ingeschreven.

Begin 1941 moeten Personen van geheel of gedeeltelijk joodschen bloede zich bij de gemeente melden. Doortje Furth-van Vriesland voldoet aan de oproep. Ze geeft aan dat het aantal joodsche voorouders in den zin van art. 2 der Verordening vier is.
Haar naam staat in het bevolkingsregister van Bussum ingeschreven joden van Nederlandsche nationaliteit

De namen van Johannes Visser en Lena Furth zijn niet in de lijst opgenomen. Hun kleinzoon Michael Heemskerk weet dat het een gemengd huwelijk was, Johannes Visser had geen Joodse voorouders. Wanneer Doortje Furth-van Vriesland is opgepakt is niet bekend. Het moet op of kort voor 13 mei 1942 zijn als het formulier ondertekend wordt waarop staat welke bezittingen uit haar kamer in de Alberdingk Thijmlaan zijn meegenomen.
Michael Heemskerk weet dat Doortje astmapatiënt was:
Op een gegeven moment had ze zo’n ernstige astma aanval dat ze opgenomen is geweest in een ziekenhuis in Bussum of Naarden en daar is opgehaald of meegenomen naar huis om spullen te pakken. Of ze nog een aantal dagen thuis is verbleven of meteen weggevoerd is, is niet bekend.

Op 22 april 1943 is Doortje Furth-van Vriesland in kamp Westerbork geregistreerd in de ziekenhuisbarak 3. Ze komt dan uit kamp Vught.

Dinsdag 27 april 1943 moet de dan bijna 75-jarige Doortje Furth-van Vriesland klaar staan voor transport. De trein brengt 1204 mannen, vrouwen en kinderen naar Sobibor, een ongemakkelijke reis die drie dagen duurt. Bij aankomst zijn enige tientallen mensen uitgezocht voor werk in kampen in de omgeving. Niemand van hen heeft de oorlog overleefd. Wie niet aangewezen is voor werk is kort na aankomst van de trein in de gaskamers vermoord. Ook Doortje heeft hier de dood gevonden.

Bron: Arolson Archives, Joods Monument, Delpher, stadsarchief Amsterdam.

Deze steen is gelegd door Stichting Instandhouding Joods Erfgoed Gooi & Vechtstreek